|
dag 18 Klein Petra, Wadi Rum |
|
Dag 18,
zondag, 06-08-2007
De douche is
helaas weer koud en de matras en het kussen zijn helaas ook niet
zachter geworden. Maar we hebben weer een vol programma en gaan op weg
naar "Klein Petra",
onderweg doen we eerst het dorp Bodol
(Bdoel) Hausing
aan, hier moesten alle inwoners uit Petra naar toe
toen de archeologische site werd ontruimd om als toeristische
trekpleister te gaan functioneren. We hebben dwars door het dorp
gelopen, niets te zien alleen kinderen op blote voeten. "Klein Petra" is een
karavaanserai ten noorden van Petra,
ook in een kloof en hier konden dieren zoals dromedarissen wel komen.
Er is weer een geweldig watersysteem, via uitgehakte kanalen kwam het
water in grote waterkelders, daarnaast zijn er uitgehouwen
drinkbakken voor de dieren. Aan weerszijden van de kloof zijn grote
eetzalen met aan 3 zijden stenen banken en verbonden met keukens. Bij
het eind van de kloof gaan we weer via een in de rotsen gemaakte trap
klauterend omhoog, de treden zijn op vele plaatsen versleten. Als een
klipgeit moeten we manouvreren, maar we komen weer op
een panoramapunt met indrukwekkend zicht. Terug zit er ergens
aan
het eind van de kloof een vrouw achter een steen te spinnen, ze is een
genot voor het oog. De bus staat al klaar en we vertrekken naar het
zuiden, onderweg hebben we in een wegrestaurant kunnen kletsen met onze
Ayteh (Atejè ).
Voluit heet hij Ayteh, Mohamed, Fayzeh, Mohamed........vader,
grootvader, overgrootvader........, je krijgt gewoon alle namen van je
voorvaders mee.
We trekken verder de woestijn in en rechts zien we de Negev
en langzaam verandert de woestijn in een zandwoestijn met bergtoppen
erin. Overal groeit het kamelengras en we zien ons eerste
pas-op-voor-overstekende-kamelen-verkeersbord na de afslag naar Wadi Rum.
We komen in een tentenkamp terecht, onze uitvalsbasis in Wadi Rum en
het zijn kemelharen tenten met aan de windzijde een muurtje, er zijn
ook een soort witte strandtenten en ik ben blij dat ik in een "echte"
tent lig. De doeken wapperen enigszins in de hete wind en we
genieten van de lunch in de "eettent". Onze 'Shoestringgroep'zit
en een
ommuurd gedeelte naast het hoofdkamp, ver van het toiletgebouw, maar
het geeft een knus gevoel.
Om 16.00 uur vertrekken we met jeeps verder de woestijn in,
het is
een geweldige ervaring deze rit. Prachtig rood zand waar je tot
halverwege je kuiten in zakt. Het zand komt ook overal tussen en ik heb
bij de eerste stop mijn lenzen maar uitgedaan,
want mijn ogen vergaan van de pijn. De rotsformaties zijn
adembenemend en onderweg neemt onze chauffeur zo'n zandduin, we vliegen
door de lucht, super. We zien oeroude rotstekeningen, door erosie
gevormde bruggen en andere formaties, zandduinen en allerlei mooie
kleuren en gaan ergens op een plek toppen beklimmen, waarvandaan
we genieten van
de meest spectaculaire kleuren die je maar kunt
bedenken bij een zonsondergang. Hierna drinken we tussen de zandduinen
en rotsen een beker zoete Wadi-Rum-thee, gezet door de chauffeurs,
terwijl wij de zonsondergang over ons heen lieten komen.
Terug in het kamp gaan we barbecuen en we eten Zurb. Dit is
kamelen- en
schapenvlees, het wordt in een groot vat onder de grond gestopt en
roostert zo´n 5 uur en wordt zo lekker mals en gaar. Er komt
geen
vuurtje aan te pas, slim op een plek waar niet veel hout aanwezig is.
Daarnaast is er kip, gepofte aardappels, salades en brood. Natuurlijk
hebben we wijn en Arak bij ons en het avondeten wordt weer afgesloten
met een lekkere waterpijp, terwijl we genieten van de mooiste
sterrenhemel ooit, er zijn net deze avond erg veel vallende sterren en
dat is
dus genieten. |
|